Ontwerpen
In dit deel bespreek ik onderwijs ontwerpen als docent. De modules die ik hiervoor heb gebruikt is een elective, "Sustainable Development; Exploring Circularity" en het zevende semester "SIBC" welke in 2020 (onder druk van COVID)versneld werd ontwikkeld.
AANLEIDING
Dit deel gaat over ontwerpen van onderwijs. Als basis hiervoor heb ik een elective genomen die door mij is ontwikkelend. Deze elective, "Sustainable Development; Exloring Circularity" wordt in het tweede jaar van de opleiding International Business aan NHL Stenden Hogeschool gegeven. In dit deel laat ik stapsgewijs zien hoe deze elective tot stand is gekomen. Er is hier 3 maanden aan gewerkt. In 2022 is de module voor het eerst aangeboden. Momenteel wordt de module herzien, mede in verband met de komst van het nieuwe curriculum van IB en de gewijzigde leeruitkomsten (in verband met een volledig nieuw landelijk profiel van alle opleiding IB in Nederland).
HET IDEE EN DE BASIS
De basis gedachte achter achter de ontwikkeling van deze nieuwe module is het gebrek aan aandacht voor duurzaamheid in onze opleiding. Dit is geen PLO en er is ook niet gekozen deze als extra PLO in te voeren. Ik wilde met deze nieuwe module aan het belangrijke onderwerp bijdragen, maar wel binnen de context van de opleiding en haar leeruitkomsten; een module binnen de context van international business, waarbinnen ik heb gekozen voor de thema's Marketing & Sales, Operations & Supply Chain Management en Business Research binnen het KSAVE domein Tools for Working & Management binnen het landelijke profiel van IB
UITGANGSPUNTEN VÓÓR HET ONTWERP
Rekening houdend met het abstractieniveau en kennisniveau van de studenten, moest de elective worden ontwikkeld voor 2e jaars studenten met een goede basis kennis van de thema's, maar geen (aangeleerde) kennis over het concept circulariteit binnen duurzaamheid in de context van IB.
Om dit te bewerkstellingen heb ik idee opgevat om de thema's als het ware rond het hoofdonderwerp van de elective te organiseren, waarbij het hoofdonderwerp zelf de drager zou worden van de thema's.
In het kader van DBE, heb ik er niet voor gekozen de fasering van DT als basis voor het uitvoerende werk van de studenten te nemen, maar Empathizing, Defining, Ideation and Protyping als uitgangspunt te nemen voor het ontwerpen van het "ritme" van de inhoud van de module; spelenderwijs doorlopen de studenten elke fase en op deze wijze raken zij bekend met circulariteit en duurzaamheid.
FOCUS AANBRENGEN
Hierbij stuitte ik op een probleem; mijn pragmatiek zou mij prima verder kunnen helpen, maar gebrek aan onderwijservaring en voor de broodnodige focus binnen de ontwikkeling had ik een sparring-partner nodig. Ik riep help in van een ervaren collega bij de volgende stap van de ontwikkeling;
Hoe aan we dit DT-stappen in een programma gieten, maar we rechtdoen aan de gestelde programma leeruitkomsten, hoe definiëren we de module leeruitkomsten (focus!) en op basis van welke randvoorwaarden en uitgangspunten?
SPARRING IN ONTWERP; ERVARING COMBINEREN MET PRAGMATIEK
Op de foto's links hiernaast een impressie van "whiteboard"-sessie. Elke whiteboardsessie diende telkens als basis de volgende sessie. In totaal hebben we 5 sessies gedaan
1. "aftrap": Mijn visie, idee en de basis
2. Verfijning: Raamwerk en piketpalen
3. Focus: binnen raamwerk/piketpalen, naar focus op "business"
4. Verfijning; Binnen de focus naar een "trechter"-model (macro/meso/micro)
5. Het studentenperspectief; beschouwen van de module als student
Na deze 5 sessies lag er een sterke basis voor de ontwikkeling van de elective in detail.
SPARRING IN ONTWERP; ERVARING COMBINEREN MET PRAGMATIEK
Na de 5 sessies heb ik raamwerk en uitgangspunten kunnen vertalen naar details, rekening houdend met het feit dat ook andere docenten te module praktisch kunnen uitvoeren. Als eerste is een centrale leeruitkomst bepaald. Met de structuur (doelend op "trechter"-model), randvoorwaarden en uitgangspunten zijn module leeruitkomsten bepaald. Daaruit voortvloeiend is een Assessment Matrix ontworpen inclusief modelantwoorden (ter ondersteuning van andere docenten). Op basis daarvan is een Assessment Sheet ontwikkeld inclusief omschrijvingen. Een scoringsmatrix is ontwikkeld om uiteindelijk een resultaat toe te kunnen wijzen aan het werk van de studenten.
De structuur van de elective kon zo worden opgezet (in een tijdsspanne van 1 periode). Daarbij is ook bepaalde wat het eindproduct van het module diende te zijn. Schematisch is de module ontworpen als rechts afgebeeld. De module is ontworpen om de studenten spelenderwijs door de verschillende fases van Design Thinking heen te laten lopen. Daarbij is ook gekozen voor een vrij format voor de eindopdracht. Doordat er een hele logische opbouw in de modile zit en met "bouwstenen" wordt gewerkt, kunnen de studenten een geheel eigen interpretatie geven van de wijze waarop zij laten zien dat zij de module leeruitkomsten beheersen. De beoordeling van deze leeruitkomsten (zie assessment sheet), zijn ook zó geformuleerd dat deze makkelijk in verschillende manier van verwerking in eindproducten kunnen worden beoordeeld. Dit heeft ertoe geleid dat eindwerken voor deze module verschillende van aard zijn: powerpoint presentaties, rapporten, podcast en animatie films. KLIK op de rode balk hieronder voor ondersteunende documenten
ONTWIKKELING VAN SEMESTER 7 in 2020
PRAKTIJK CASUS ONTWERP: In de zomervakantie van 2020 is door mij, in samenwerking met enkele collegae, een geheel nieuw semester ontwikkeld. Vanwege corona konden studenten (vanwege reisverboden) niet het derde jaar in en werd besloten het vierde jaar met spoed te ontwikkelen, waarbij ook rekening werd gehouden met de mogelijkheid dit online te kunnen doceren en studeren. Tijdens dit ontwikkelen is gebruik gemaakt van een leerbogenmodel op basis van de stappen van design thinking. De afbeelding hieronder heeft de eerste versie aan van deze leerbogen op basis van de leeruitkomsten, gefaseerd aangegeven.
DOORONTWIKKELING SEMESTER 7
Nadat COVID daar ruimte toe gaf, is het semester geevalueerd en door ontwikkelend; na calibratie door de docenten en de beoordeling van eindwerken (groepsrapporten en portfolios), alsmede evaluatie van de lessstructuur en inhoud (met docenten en studenten) en evaluatie met de opdrachtgevers (ondernemers en ondernemingen) zijn een aantal verbeterpunten benoemd:
- leeruitkomsten koppelen en integreren in (eind)werk
- aantal summatieve testmomenten verminderen en vervangen door formatieve (studeerbaarheid en doceerbaarheid)
- verbetering onderzoeksvaardigheden
- mogelijkheid tot profilering studenten
- verbeteren van uitdrukkingsvaardigheden en rapportage
- veranderen van de scope van de real-life-challenges op basis van verbinding werkveld
- ondersteunend portfolio op basis van PPD-skills
- voorbereiding op afstuderen verbeteren
Dit heeft ertoe geleid tot het semester dat nu sinds 2 jaar wordt "gedraaid":
- Drie professionele producten 1) Onderzoekspaper 2) Portfolio 3) Business Strategy Report
- Binnen deze producten zijn bepaalde leeruitkomsten geïntergreerd
- De onderzoekpapers verbeterd de onderzoeksvaardigheid van studenten, waarbij ze een onderzoekspaper schrijven binnen het profiel dat zij kiezen (bijvoorbeeld Marketing & Sales of Organisation & People). Hierbij wordt gekeken naar de inhoud (profilering) en het schrijven (academic writing and English for Business Communication).
- Business Strategy Report vervangt het Export Plan. Dit laatste bleek een spreekwoordelijke fuik te zijn, waardoor de opdrachten altijd dezelfde uitgangspunten hadden. Deze zijn nu veel ruimer en breder binnen de context van internationalisering van ondernemers en ondernemingen in Noord-Nederland (en aansluitend bij de strategie van NHL Stenden)
- De studenten houden hun activiteiten binnen groepswerk, individueel en in samenwerking met ondernemers bij en reflecteren hierop binnen een portfolio op basis van een aantal specifieke leeruitkomsten (waaronder "collaboration" en "inter cultueral proficiency" bijvoorbeeld.
- De studenten werken aan het Busines Strategy Project binnen dezelfde structuur en opzet als zij zullen hebben binnen hun individuele afstudeerproject; daardoor is S7 een goede voorbereiding op het afstuderen.
MIJN VISIE OP LEREN EN ONDERWIJS BINNEN DBE EN KEUZES IN HERONTWERP
Het ontwikkelen van visie heeft bij mij wel even geduurd. Dit kwam met name door de wijze waarop (initieel) men bij interne cursussen aangaaf dat de Design Thinking stappen de basis vormen voor DBE. Daarbij werd feitelijk gepropageerd dat in elke module de Design Thinking stappen doorlopen dienden te worden. In mijn eigen optiek werd DBE daarbij een doel op zich, in plaats van een onderwijsfilosofie of -visie. De visie die ik daarbinnen zelf heb ontwikkeld dat, bij het oplossen van complexe vraagstukken in het afstudeerjaar, waarin ik voornamelijk werkzaam ben, Design Thinking principes zeker een rol spelen, maar in combinatie met andere onderwijsfacetten. Zo ontstsaat een krachtige leeromgeving. In de voorgaande paragraaf is in detail beschreven op welke wijze (ont)werp is gereliseerd. De uitgangspunten hierbij zijn geweest het combineren van DBE (complexe vraagstukken uit de praktijk als basis, en "hands-on" samenwerken met de opdrachtgever aan een oplossing). Vanwege de complexheid van de vraagtukken echter, is een stevig fundament nodig. Vanwege organisatorische en financiële belangen kan hierbij niet gewerkt worden met eent trial-and-error-aanpak, maar moet de basis gebaseerd zijn op bewijs. Er is daarm gekozen om de Design Thinking cyclys te hanteren, maar in een linaire aanpak; binnen de Empathize and Define fasen werken de studenten een hoofdvraag en deelvragen uit die gebaseerd is op een theoretisch kader en theoretisch raamwerk, om ervoor zorg te dragen dat het uiteindelijke advies/oplossing een krachtige bewijslast kent. De opdrachtgever wordt hierbij betrokken (verplicht) op zeker te zijn dat de "scope" van het onderzoek ook de lading dekt van de "challenge" dit de opdrachtgever initieel geponeerd heeft. In de ideation-fase wordt een oplossing gezocht (=methodologie). De methodologie vormt de basis voor het eerste prototype (Discussie en conclusie rond de onderzoeks- en hoofdvraag). Na evaluatie en overleg met de opdrachtgever worden deze "getest" om vervolgens te gaan werken een het 2e prototype: de aanbevelingen en het eindproduct (advies/ontwerp/stappenplan etc).
Op deze manier ontstaan een eindwerk dat prakisch van grote waarde is en theoretisch een krachtige basis kent. Mijn visie onderstreept het belang van theoretische kennis als evidence based basis on de methode van aanpak (ideation). Het mooie hiervan is dat studenten ALTIJD terug kunnen gaan in een fase, maar waarbij de opdrachtgever de criciale role speelt door
De studenten leren hierdoor niet alleen beter wat ze doen, maar ook waarom en hoe. Dit leidt tot rijkere, relevantere en écht praktijkgericht leeruitkomsten en uitkomsten voor de opdrachtgever/werkveld.
- Verhoogde betrokkenheid en motivatie
Door het werken aan authentieke ontwerpvraagstukken voelen studenten zich meer eigenaar van hun leerproces. Dit verhoogt de intrinsieke motivatie, wat doorgaans leidt tot diepgaander leren en betere prestaties in elke fase van het lineaire onderzoek. Ik merk dit ook terug in actieve participatie, die tijdens ateliers veel hoger ligt dan in transactionele colleges. -
Betere probleemdefinitie en contextbegrip
In DBE starten studenten vaak vanuit een praktijkgericht vraagstuk. Hierdoor ontwikkelen ze in de beginfase van het lineaire onderzoek (probleemstelling en literatuurstudie) een sterker begrip van de context en stakeholders, wat leidt tot meer relevante en goed onderbouwde onderzoeksvragen. -
Toepassing van kennis in ontwerp
Studenten gebruiken de onderzoeksbevindingen direct om iteratief tot een ontwerp te komen. Hoewel het onderzoek lineair wordt uitgevoerd, zorgt DBE ervoor dat de toepassing van kennis in een ontwerp concreet en tastbaar is. Dit bevordert transfer van theorie naar praktijk, wat een belangrijke leeruitkomst is. -
Versterking van onderzoeksvaardigheden
Door het koppelen van ontwerp aan onderzoek worden studenten gedwongen om nauwkeuriger en kritischer te zijn in elke onderzoeksfase. Ze zien het nut van een gedegen literatuurstudie of goede dataverzameling, omdat het hun ontwerp direct beïnvloedt. -
Reflectieve houding
DBE stimuleert voortdurende reflectie, zelfs binnen een lineaire structuur. Studenten leren kritisch kijken naar hun keuzes en onderzoeksresultaten in relatie tot het eindproduct. Dit bevordert metacognitieve vaardigheden, wat leidt tot duurzamer leren. -
Multidisciplinair denken
Ontwerpprojecten binnen DBE overstijgen vaak één vakgebied. Studenten leren onderzoeksresultaten uit verschillende bronnen combineren, wat leidt tot bredere en meer integratieve leeruitkomsten. -
Versterkte samenwerking en communicatie
DBE vraagt om samenwerking binnen teams, vaak met externe partners. Hierdoor ontwikkelen studenten naast onderzoeksvaardigheden ook soft skills, zoals communicatie, projectmanagement en feedbackvaardigheden.
Conclusie - Mijn reis van 2017 tot heden (en verder) als "ontwerper"
Inleiding
Binnen onze opleiding staat de relatie met het werkveld centraal als katalysator van kennis. Het werkveld is niet alleen een bron van authentieke vraagstukken, maar ook een drager van ons praktijkgerichte onderwijs. Deze visie heeft mijn ontwikkeling als docent sterk beïnvloed. Het ontwerpen van onderwijs dat deze wisselwerking faciliteert, vraagt om een aanpak waarin studenten leren door het oplossen van echte problemen, in nauwe samenwerking met organisaties. Dit uitgangspunt vormt de kern van mijn reflectie op mijn groei als docent sinds 2017.
Mijn persoonlijke reis
Toen ik in 2017 begon als docent, was ik onervaren en vooral uitvoerend bezig, eigenlijk oppakken wat een ander al deed.. Het ontwerpen van onderwijs voelde erg abstract en complex, met een onvolstelbaar grote hoeveelheid afkortingen. Mijn eerste grote verantwoordelijkheid kwam in 2018 toen ik semester 7 (SIBC) overnam, eigenlijk alleen omdat ik die samenwerking met het werkveld zo leuk vond (en vind). Destijds was het semester een statische opdracht: studenten schreven een exportplan, eigenlijk was het aanbod-gestuurd, met andere woorden, "willen jullie, ondernemers, ons semester als drager gebruiken voor het ontwikkelen van een exportplan". Het bood weinig ruimte voor creativiteit of verbinding met het werkveld. Ik wist dat ik meer wilde, maar had nog niet de kennis en ervaring om dat vorm te geven. In de tijd ontwikkelde ik daarin wel de visie om dit helemaal om te draaien: een vraag-gestuurd semester: "ondernemers, welke uitdagingen hebben jullie binnen jullie internationaliseringsambitie?". Maar zover was het niet direct, maar Corona bood, ironisch genoeg, wel een uitkomst. Onder tijdsdruk was een versnelling en verandering nodig.
De invoering van DBE bij NHL Stenden, de fusie van IBL en IMBS en de coronaperiode waren een kantelpunt. Vanaf 2020 transformeerde semester 7 naar een authentiek, multidisciplinair project, waarin studenten werken aan het oplossen van een echt strategisch vraagstuk uit de praktijk. Deze verandering vroeg niet alleen om een nieuw ontwerp van het semester, maar ook om een nieuwe rol van mij als docent. Ik moest leren om niet alleen kennis over te dragen, maar een leeromgeving te creëren waarin studenten:
- kritisch denken en redeneren,
- creativiteit en innovativiteit tonen,
- empathisch leren om de wortels van een probleem te begrijpen,
- en onderzoekend handelen om tot onderbouwde oplossingen te komen
- Een omgeving creëren waarin student zich comftabel, ondersteunt en uitgedaagd voelen
Verdieping: Zelfstudie en professionele identiteit
Mijn ontwikkeling is niet alleen gevormd door praktijkervaring, maar ook door gerichte zelfstudie, zeker ook het door het werk dat ik vanwege mij BDB-onderzoek heb gedaan. Korthagen (2017) plantte bij mij het spreekwoordelijke zaadje dat goed onderwijs niet uitsluitend draait om vaardigheden en competenties, maar om authenticiteit. Als docent moet ik mijn kernkwaliteiten en professionele identiteit inzetten om een betekenisvolle leeromgeving te creëren. Voor mij betekent dit dat ik mijn natuurlijke eigenschappen – zoals het gemak waarmee ik verbinding maak en mijn gevoel voor humor – bewust gebruik in mijn onderwijs. Daarnaast speelt mijn jarenlange internationale praktijkervaring, inclusief werken in multiculturele bedrijfsomgevingen, een cruciale rol. Dat inzicht helpt mij ook om te vertrouwen op wat ik (stiekem) als kon: studenten begeleiden bij complexe, internationale vraagstukken en om empathie en culturele sensitiviteit in het leerproces te integreren. Volgens Korthagen vormen de persoonlijke ervaringen, kernkwaliteiten en professionele identiteit van een docent de essentie van de leeromgeving. Wanneer ik mijn overtuigingen en sterke punten – zoals mijn vermogen om gemakkelijk verbinding te maken, humor te gebruiken en mijn jarenlange internationale zakelijke ervaring – bewust inzet, creëer ik een authentieke sfeer die vertrouwen en openheid bevordert. Deze authenticiteit stelt studenten in staat om risico’s te nemen, kritisch te denken en zich holistisch te ontwikkelen. Competenties zijn belangrijk, maar ze komen pas volledig tot hun recht wanneer ze geworteld zijn in wie ik ben als persoon en professional. De BDB-leergang heeft mij weer kennis en kunde opgeleverd als het gaat om de competenties als docent (bijvoorbeels SKE).
Een andere inspiratie kwam van Diana Dolmans, althans het werk. Sowieso heeft het mij praktische handvatten gegeven om werkvormen doelgericht in te zetten. Haar ideeën over probleemgestuurd onderwijs en design-based research (DBR) heeft mij geholpen om DBE niet alleen als didactisch concept te zien, maar als een strategisch instrument om complexe vraagstukken uit het werkveld te adresseren. Binnen NHL Stenden merk ik, ook bij interne trainingen, dat er erg veel aandacht is voor praktische, kortlopende projecten, vaak met een operationeel karakter. Iteratief werken binnen de context van een strategisch vraagstuk zag ik daar niet terug. Mijn eigen visie is dat onderwijsontwerp een collaboratief proces is waarin theorie en praktijk elkaar versterken. Door samen te werken met studenten, collega’s en het werkveld, ontwerp ik interventies die niet alleen leerdoelen realiseren, maar ook echte waarde creëren voor de bedrijven en ondernemers zelf. Dit maakt het onderwijs voor de studenten volgens mij veel meer relevant, uitdagend en toekomstgericht. En waar praktische casussen uit het werkveld ontbreken, kan mijn ervaring en achtergrond weer helpen om, mede met behulp van A.I., praktsiche en passende casussen te ontwerpen.
Reflectie en resultaat
Door deze ervaringen ben ik gegroeid van een uitvoerende docent naar een ontwerper van betekenisvolle leerervaringen. Ik zie nu veel meer (en beter) hoe alle leeruitkomsten – van onderzoeksvaardigheden tot empathisch probleembegrip – elkaar versterken en het project ondersteunen. Mijn rol is daardoor erg veranderd: ik begeleid studenten niet alleen in het uitvoeren van een opdracht, maar in het ontwikkelen van competenties die hen voorbereiden op complexe, internationale vraagstukken en het werken in internationale netwerken met de hectieke en dynamiek die daarbij hoort. Deze "evolutie" heeft mijn didactische bekwaamheid verdiept en mijn overtuiging versterkt dat goed onderwijs begint bij een authentieke aanpak van en door mij, het bieden van een heldere vraaggestuurde context en de rol van het werkveld als een actieve partner is óf een zelf ontworpen, passende en praktijkgerichte business case.